Bezoek NCAD en DAF museum 9 juni ’22
Op donderdag 9 juni bezoeken we het Nederlands Centrum voor Autohistorische Documentatie (NCAD), gevestigd op de Automotive Campus in Helmond. De vrijwilligers van de NCAD hebben er iets moois van gemaakt. Met het NCAD werken we samen om een deel van ons EEEC archief te digitaliseren.
Het centrum zelf
Eerst worden we door Fons Alkemade welkom geheten in de hal van de Campus, met koffie. Daarna wordt de groep gesplitst in drie delen, één deel gaat het centrum zelf bekijken, één groep bekijkt het depot en de derde groep doet een quiz. Om vervolgens dus te wisselen. Ik zit bij de groep, die begint met het centrum zelf, gevestigd op de eerste verdieping. Kasten vol met tijdschriften en boeken, betreffende automerken, de auto’s zelf, de techniek, maar ook de sociale aspecten van auto’s en de auto-industrie, de culturele aspecten, de infrastructuur. Kortom, zo breed mogelijk. Ze hebben daardoor een heleboel, volgens hun brochure twee kilometer aan documentatie. Maar ze hebben ook veel niet. Er is namelijk geen geld om tijdschriften of boeken aan te schaffen, ze zijn hoofzakelijk afhankelijk van schenkingen. Dat daar regelmatig pareltjes tussen zitten, blijkt uit de voorbeelden, de we te zien krijgen. Opgericht in 1997, zijn ze al een viertal keren verhuisd, mét al die documentatie.
Het depot
Dan naar buiten en een eind lopen naar het depot. We krijgen uitleg over alle research bedrijven die hier gevestigd zijn. Om een paar voorbeelden te noemen: Ze ontwikkelen en testen hier elektrische bussen, zo effectief mogelijke batterijen en accu’s, aggregaten op waterstof, de Lightyear auto op zonne energie en twee Hoge Scholen zijn hier gevestigd. Het is een jong en dynamisch gebeuren, waarbij eigenlijk alleen het NCAD naar het verleden kijkt onder het motto ‘Historie in beweging’. Het depot ligt op de begane grond en dit heeft een reden. Het staat namelijk massaal val met rolkasten, die allemaal vol zitten met documentatie. Vond ik wat ik tot nu toe gezien heb al imposant, nu begrijp ik hoe ze aan de ‘twee kilometer’ komen. In de ladekast ‘Citroën’ blijken unieke foto’s te zitten van het begin van de Belgische productie.
De quiz
En dan de quiz. Dit gaat onder begeleiding van Hans van Hooff. Er zijn een vijftien tal vragen, allemaal over de 2CV en/of Citroën. En een twintigtal boeken, waarin je de antwoorden kan opzoeken. Maar, veel te weinig tijd als je er al niet iets van af weet. Gelukkig zijn we bijna allemaal kenners, dus de vragen worden vlot beantwoord, een enkele wordt voor de zekerheid opgezocht, maar we zijn vol vertrouwen over de uitslag. Die komt pas na het eten, maar dat geeft niet, want dat is op zich ook een avontuur. Hoe lang is het geleden, dat ik in een heuse kantine gegeten heb? Keuze volop en als je eenmaal met je blaadje met eten in de ruimte met stoelen en tafels staat, is het als vanouds zoeken of je een bekende ziet. Dat lukt, en het eten is voortreffelijk.
De uitslag
De uitslag is zoals we al verwachtten, alle groepen hebben vrijwel alle vragen goed. Met het nalopen van de antwoorden kan een groot deel van ons meer details geven, we voelen ons allemaal ‘kenners’ en vooral, we zijn blij dat de vrijwilligers van de NCAD de moeite genomen hebben om zulke bijzondere en eigenlijk wel moeilijke vragen te vinden. Ze hebben hun documentatie heel goed doorgespit. Een aantal van ons beloofd hun overtollige boeken aan hen te doneren en ook zeker nog eens terug te komen.
DAF museum
Het tweede deel van de excursie is het DAF museum. Van Helmond naar Eindhoven is niet ver en Robert deelt een duidelijke routebeschrijving uit. We parkeren de auto’s gratis bij de Praxis en zijn allemaal op tijd in het museum. De heer Ad van Geel, vrijwilliger, heeft zo’n tien minuten tijd voor ons om de geschiedenis te vertellen. In die korte tijd weet hij ontzettend veel te vertellen over Huub van Doorne en zijn ‘Van Doorne’s Aanhangwagens Fabriek’. Daarna zwerven we door het museum. Mooi ingericht, heel veel te zien, goede uitleg overal. Imposant en zeker de moeite waard. Niet elke DAF staat er, maar wat er wel staat, geeft een goed overzicht. Vanaf de eerste en veel bijzonder personenauto’s, de legerwagens en vrachtauto’s en bussen zijn ruim aanwezig, zelfs de raceauto’s. Op de vrachtauto’s van Jan de Rooij, waarmee hij Parijs – Dakar meereed, zit nog het originele Saharazand.
We strijken uiteindelijk allemaal neer in het restaurant voor koffie en/of thee. En natuurlijk om commentaar te geven op de collectie. Goed commentaar, mooie collectie. En mooi museum. Een welbestede dag, met dank aan Robert Kaag voor de organisatie.
Irene Doorenbos